Hoe bepaal je jouw kledingmaat?
Een uitgebreide uitleg over het nemen van je maten vind je in ons blogartikel hier:
Hoe meet je jezelf correct op?
Damesmaat
Meet je lichaamsmaten met een meetlint over dunne kleding.
A – lichaamslengte
B – borstomtrek (meet over het volste deel van de borst)
C – tailleomtrek (meet op het smalste punt, rond de navel – trek je buik niet in!)
D – heupomtrek (meet over het breedste deel van je heupen en billen)
Gebruik de maattabel voor dames op basis van lengtegroepen: 160 cm, 168 cm en 176 cm. Twijfel je tussen twee maten? Kies dan liever de grotere.
Herenmaat
Meet je lichaamsmaten met een meetlint over dunne kleding.
A – lichaamslengte
B – borstomtrek (meet over het volste deel van de borst)
C – tailleomtrek (meet op het smalste punt, rond de navel – trek je buik niet in!)
D – heupomtrek (meet over het breedste deel van je heupen en billen)
Kindermaat
Meet je lichaamsmaten met een meetlint over dunne kleding.
A – lichaamslengte
B – borstomtrek (meet over het volste deel van de borst)
C – tailleomtrek (meet op het smalste punt, rond de navel – trek je buik niet in!)
D – heupomtrek (meet over het breedste deel van je heupen en billen)
Meisjesmaat
Jongensmaat
Kleine kinderen (baby’s en peuters)
Meet je lichaamsmaten met een meetlint over dunne kleding.
A – lichaamslengte
B – borstomtrek (meet over het volste deel van de borst)
C – tailleomtrek (meet op het smalste punt, rond de navel – trek je buik niet in!)
D – heupomtrek (meet over het breedste deel van je heupen en billen)